Skip to content

Door Hilly van der Molen

De dag waarvan je wist dat hij zou komen. Dat onze Ferse verhalenhaler aan jouw bureau staat met de vraag om een verhaal te gaan maken. ‘Maken’ doen wij trouwens graag bij Fers. Iedere maand op de eerste donderdagochtend verkennen we met elkaar bedrijfsbrede vraagstukken en bedenken oplossingen of denkrichtingen. Hier schrijft vast iemand een keer uitgebreider over.

Voor dit blog kreeg ik het voorstel om aan de slag te gaan met het vraagstuk hoe werk soms duursport is. En daar kan ik mij prima in vinden. Ik heb namelijk een passie voor duursport. Lange-halen-gauw-thuis staat niet in mijn woordenboek. Doorzettingsvermogen staat vetgedrukt. En dat oefening kunst baart. Je niet laten leiden door het moment. Wel focussen op het doel en het halen van de eindstreep. Pas dan ben je er en kun je verder.

Gaat alles dan zoals vooraf bedacht? Bijna nooit.

Soms beïnvloed je zelf het resultaat. Soms zijn het invloeden van buitenaf. Uiteindelijk krijg je de rekening gepresenteerd van je eigen handelen. Dus hoe ga je om met wat er onverhoopt of ongepland op je weg komt? Bedenk dat er meerdere oplossingen of manieren zijn. Wil het niet rechtsom, dan linksom. Want je wilt je doel behalen.

Daarvoor moet je weleens iets laten of zelfs uit je comfortzone stappen. Dat vind ik fascinerend en uitdagend, maar het houdt mij zeker niet tegen. Mijn drijfveer is dan: Ik heb het nog nooit gedaan dus ik denk dat ik het wel kan. Het klinkt kinderlijk eenvoudig maar dat is het natuurlijk niet. Een obstacle run, halve marathon of olympische distance gaat niet ineens vanzelf of zonder moeite. Het is afzien, elke keer weer. Met als ultieme beloning de voldoening na afloop: ik heb het geflikt en ik kan het. Er zit dus meer in (je) dan je op het moment denkt.

Samenwerken lijkt ook zo eenvoudig, je werkt binnen een organisatie immers sowieso samen aan het realiseren van de organisatiedoelen. En we delen hierbij óók nog eens dezelfde passie: Fers. De uiting van die passie is echter vaak totaal verschillend. De vraag die mij dan fascineert is: Wat drijft de mens achter de functionaris? De functionaris doet waarvoor diegene is aangenomen, de manier waarop wordt vormgegeven door de mens. In mijn rol als verbindingsofficier zoek ik altijd naar de mens. Iedereen kan doen waarvoor diegene geleerd heeft. Je leert juist van de dingen waarvoor je niet geleerd hebt, door gewoon te doen. Met elkaar. En daarin zie ik weer een uitdaging!

Gepubliceerd op 16 januari 2020