Thuiswerktips in de praktijk

Door Femke Wijbenga

En opeens zit je thuis te werken. Voor wie dat niet gewend is kan het echt wel even tijd kosten om uit te vinden hoe dat voor jou het beste werkt. Zo ook voor mij. In eerste instantie dacht ik: heerlijk! Maar na slechts 4 dagen zakte bij mij de moed al in m’n pantoffels.

Sterker nog: ik snap nog steeds niet hoe mensen dit volhouden. Zelfs met alle 1001 tips die voorbij komen, struggle ik er nog steeds mee. Maar inmiddels heb ik dus wel het één en ander uitgeprobeerd. Vooral ook wat betreft communicatie met collega’s. En eigenlijk wil ik het daar wel even over hebben.  

(Video)calls met collega’s
Vanochtend hadden wij namelijk onze allereerste Jitsi-koffiedate (ja, dat is wat er gaande is op die foto). Vre-se-lijk, echt de horror: schreeuwende kinderen op de achtergrond, “Ik zie jullie niet”, “Horen jullie mij?”. Ook was er iemand doodleuk aan het videobellen vanaf het dek van de veerboot naar Terschelling met windkracht 10. Althans, voor mijn gevoel dan hè. Uiteindelijk onderschepten we alle ruis en konden we na een goede 15 minuten vol irritaties en zuchten toch van start. Daarom hier een aantal tips:

– Ook een videocall is niks zonder agenda
Normaliter ga je een overleg ook niet in zonder agenda. Ga je dus met elkaar (video)bellen, spreek dan af waar je het over gaat hebben en wat het doel is van het gesprek. En indien nodig dus ook wie gaat notuleren en wat het vervolg is.

– Communiceren kun je leren, maar skypen moet je eerst begrijpen
Niet iedereen snapt welke knopjes waarvoor dienen, wanneer je een goede internetverbinding hebt, hoe je je microfoon mute of waar überhaupt de camera zit. Zo was ik eerst vooral met mijn 3 onderkinnen aan het praten. Tip: laat een kenner vooraf een korte uitleg typen over hoe het werkt en spreek binnen je team een werkwijze af. Zo spraken wij af alleen je microfoon aan te doen als je spreekt en je (goede) vinger op te steken als je ergens op wilt reageren. Met Jitsi kan dit trouwens zelfs met een digitaal handje, maar wij gingen toch liever voor dat old school klaslokaal gevoel. En volgende week testen we uit hoe het gaat met één collega als facilitator. Vanaf nu: de juf of meester.

– ’Als je me belt, vind ik dat leuk’
Dit heb ik letterlijk in mijn werkagenda staan. Want: ik mis de gesprekken met mijn fijne collega’s bij de koffie. Ik wil weten hoe (saai of juist enerverend) hun weekend was, hoe het met ze gaat, wat ze bezighoudt – ook naast corona. Want laten we naast digitaal overleggen ook vooral niet vergeten digitaal te blijven kletsen. Ik mis al dat sociale. Dus zet ik bovenstaande in mijn agenda zodat anderen, die dat ook leuk vinden, weten dat ze me in ieder geval tussen die tijd kunnen bellen over van alles en nog wat. En dat werkt!

Dan tot slot nog een aantal van de meest gehoorde tips en mijn ervaring daarmee:

1. ‘Creëer een fijne, rustige, overzichtelijke werkplek’
Als je vrij halsoverkop thuis moet werken is het niet per se realistisch dat je daar een zit-sta bureau, ergonomisch biologische bureaustoel, twee schermen of überhaupt een ‘werkplek’ hebt. Ik niet, dus heb ik ervoor gezorgd dat ik inmiddels een laptop standaard, muis en los toetsenbord heb. Verder doe ik nu ‘s ochtends eerst de afwas in plaats van eens in de twee weken.

2. ‘Doe alsof je naar je werk gaat: weg met die joggingbroek’
Je hoeft echt niet in driedelig pak thuis aan de keukentafel te zitten (als dat je normale stijl is), maar bewaar je pyjama in ieder geval voor het einde van de dag. Voor mij werkt dit inderdaad fantastisch, ik douche en doe zelfs m’n schoenen aan. Maar heel eerlijk: ik vind het een veel te dikke pré dat ik nu af en toe tijdens werk een joggingbroek kan dragen, dus dat doe ik dan weer lekker wel. 😉

3. ‘Houd je dagritme aan’
De verleiding om langer te blijven liggen en tussendoor andere dingen te doen is bij sommige mensen groot. Voordat je het weet sta je al je planten te verpotten, de plinten er eindelijk in te leggen en denk je ineens tijd te hebben om dat hele huishouden van je op orde te krijgen. Logisch, maar probeer echt hetzelfde dagritme aan te houden. Voor mij werkt het dan ook om dit soort klusjes eventueel in te plannen als middagpauze (kom je meteen in beweging) en naast afspraken met mezelf ook afspraken met collega’s te maken.

4. ‘Neem ook thuis pauze’
Je kan thuis in de verleiding komen om heel veel uren achter elkaar door te werken, want geen collega die je achter je bureau wegsleurt of meetings waar je naar toe moet. Tip: zet een timer. Loop in je pauzes bijvoorbeeld een blokje om, luister een kwartiertje naar één van de 80 (!) gratis luisterboeken via de online bibliotheek, ga je kat aaien of maak een fijne lunch voor jezelf. Omdat ik mijn mobiel liever niet gebruik vind ik deze site erg handig (ook voor pauzes).

5. ‘Sluit je werkdag af’
Ruim voor het einde van de dag de boel weer op. Zo is je werkdag duidelijk afgerond en blijf je georganiseerd. Voor mij persoonlijk echt van belang omdat ik geen ‘aparte’ kantoorruimte heb. Tip: bedenk voor jezelf een ritueel om de dag echt af te sluiten. Voor mij is dat de laptop helemaal uitzetten (dus geen sluimerstand) en buiten in stilte een kop thee drinken.

Het allerbelangrijkste: het zijn maar TIPS
Bovenal vind ik vooral dat iedereen dat thuiswerken lekker op z’n eigen manier moet doen. Sommigen vinden het juist heerlijk hun werk- en privéleven als één te beschouwen. Of kunnen prima productief zijn in een eenhoorn onesie met restjes saté ajam van gisteren (I tried). En het is ook gewoon oké als je op sommige tijden in je agenda zet: “Als je me belt, vind ik dat niet leuk.” Omdat je even door wilt werken bijvoorbeeld. Laat vooral iedereen, dus ook je collega’s, lekker op hun eigen manier leren thuiswerken en blijf overleggen met elkaar wat prettig is.

Tot slot nog één tip die wel voor iedereen werkt en die ik nog miste:
“Check je tas nog even voor het geval er nog een boterham met kaas in zit van vorige week.”

Mijn boterham met kaas was namelijk al aan het videobellen met mijn rits of ‘ie even iets verder open mocht voor frisse lucht. Oh ja, nog een voordeel van deze hele situatie: als je straks wel weer op de werkvloer bent zul je die flauwe grapjes van je collega’s weer waarderen. En vooral: zij die van mij.